Home > China > In de voetsporen van Marco Polo > Reisverslag dag 51
28 april - 1 juli 2012 (65 dagen)
Het is zondag. Op zondag wordt in Kashgar de zondagbazaar gehouden. Nu vindt de bazaar iedere dag plaats, maar op zondag is de markt uitgebreider. Wel alleen op zondag is de veemarkt. Vroeger werden beide markten bij elkaar gehouden, maar tegenwoordig op gescheiden locaties. De bazaar tegen het centrum aan. De dierenmarkt buiten de stad. Op weg naar de dierenmarkt zie ik al verschillende auto's met volgeladen laadbakken. Koeien staan in de wagens opeengepakt. Een tuk-tuk rijdt voorbij vol met schapen.
Bij de markt worden alle dieren uitgeladen. De koeien moeten zich letterlijk uit de laadbak laten vallen als ze er uit getrokken worden. Als ik tussen de rijen koeien en stieren door loop, wordt overal volop onderhandeld. Iets verder worden de schapen verhandeld. De schapen worden vastgemaakt aan een touw met een tussenruimte van nog geen twintig centimeter. Hele rijen staan te wachten op een nieuw baasje. Het is leuk om over de markt te lopen en foto's te maken van het rommelige tafereel. Ook probeer ik de fanatieke verkopers vast te leggen. Ik verlaat de markt weer en ga naar de zondag bazaar in de stad. Een grote markthal. Drie grote bogen geven de ingangen aan. Ik wandel tussen de lokale mensen langs de stalletjes. Net buiten de markthal gaat de bazaar gewoon verder op straat.
Ik vind dit nog leuker om tussen te lopen. Ik denk dat op deze markt alles wel te krijgen is wat je zoekt. In verschillende eettentjes op de markt worden sjaslieks en dumplings klaar gemaakt. Via de brug over de bijna droog gevallen rivier loop ik terug naar het centrum. Langs de rivier staat nog een klein stukje van de oude stad overeind. Ik wandel door het labyrint van straatjes en lemen huizen. Ook hier zie ik sommige huizen leeg staan. Waarschijnlijk is ook deze wijk over enkele jaren verdwenen. Ik volg twee jongetjes door de oude wijk en kom uit aan de andere kant. Ik steek de brede boulevard over. Hier heeft ongetwijfeld tot enkele jaren terug ook de oude stad gelegen. Nu zie ik alleen maar grote gebouwen. Op weg naar het Main square, besluit ik een lokaal restaurant in te gaan. De menukaart is alleen in het Chinees. Ik pak mijn vertaallijst en laat aanwijzen wat ze van mijn lijst hebben. Ik neem een groentesoep. Verderop richting het centrum denk ik dat het beter lukt om Fried noodles te bestellen. Ik loop naar binnen. Het meisje schrikt als ik in het Engels begin. Ook hier brengt de vertaallijst uitkomst. Als ik betaald heb, is er onduidelijkheid over het bonnetje.
De serveerster is overtuigd dat ze mij het bonnetje al gegeven heeft. Ik weet zeker van niet. Het bonnetje is zoek. Zonder bonnetje kan ik niet naar de keukenbalie voor mijn bestelling. Volgens mij heeft ze het aan de vorige klant meegegeven, maar dit kan ik al helemaal niet uitleggen. Het probleem wordt opgelost doordat ze zelf even naar de keuken loopt om mijn bestelling door te geven. Ik zit even later aan heerlijke noodles. In dezelfde straat passeer ik enkele kappers. Eigenlijk wel een goed idee om weer even te gaan. Ik kies een zaak uit en neem plaats in de stoel. Met gebaren maak ik duidelijk hoe ik geknipt wil worden. De jongen kijkt wat aarzelend naar mijn type haar. Chinezen hebben veel stugger haar. Hij gaat voornamelijk met de tondeuse van start. Bovenop probeert hij iets met een - volgens mij - botte schaar. Als hij aarzelend vraagt 'Ready?' en ik instemmend knik, kijkt hij zichtbaar opgelucht. Bij een klein wasbakje in de hoek wordt mijn haar nog gewassen. Grappig achteraf. Met mijn nieuwe kapsel loop ik weer terug naar het hotel.