Home > China > In de voetsporen van Marco Polo > Reisverslag dag 55
28 april - 1 juli 2012 (65 dagen)
Andere reisgenoten zijn al in de weer als ik wakker word. Ik heb verrassend goed geslapen. Rustig ruim ik mijn spullen weer op. Om even voor negenen rolt de trein het station van Liuyuan binnen. Op het stationsplein bestel ik een noodle soep als ontbijt. Daarna brengt de bus mij naar mijn hotel in Dunhuang. Het hotel ligt in het centrum van de stad. Hoewel Dunhuang niet zo laag ligt als Turpan, is het ook hier al drukkend warm. Op mijn kamer neem ik een verfrissende douche.
's Middags wandel ik Dunhuang in. Een moderne stad met veel aandacht voor toeristen. In het centrum staan talrijke stoelen klaar bij de eetstalletjes. Nu is het hier nog verlaten, maar ik kan mij voorstellen dat het hier 's avonds druk is. Ik ga zitten en wil een bier bestellen. Op de menukaart zie ik dat een fles bier dertig yuan kost. Een heel verschil met de 6 tot 10 yuan van de afgelopen dagen. Dit zijn toeristen prijzen. Ik besluit het gewoon te doen. Om mij heen zie ik ook Chinezen aan het bier. Ik probeer te achterhalen of er soms twee menukaarten zijn. Eén met de toeristenprijs en één met lokale prijzen. Ik zie geen verschillende menu's. Terug bij het hotel stap ik in de bus. Ik ga naar de hoge zandduinen aan de rand van Dunhuang. Al snel blijkt dit een waar toeristenfestijn te zijn. De zandduinen zijn afgeschermd door een hoge muur. Om binnen te komen moet ik een kaartje kopen van 15 euro (!). Ik wil mij met een kameel naar de top van de zandduin laten vervoeren. Ik ben niet alleen. Ik schat dat enige honderden kamelen al bezig zijn aan de tocht naar boven. In een lange sliert lopen zij omhoog. Ik koop voor nog eens vijftien euro een kaartje voor een kameel en huur knal oranje beenbeschermers. Ik stap op mijn kameel. Het dier staat direct op. Doordat hij eerst op zijn achterpoten gaat staan en daarna zijn voorpoten is het even opletten bij het omhoog komen. Met vijf kamelen in één sliert start ik de tocht. De begeleider pakt mijn camera om foto's te maken. Ik had een hele andere voorstelling gemaakt van de kamelentocht, maar ik vind het wel leuk.
Enkele tientallen meters onder de top zie ik alle kamelen liggen. Ik stap hier ook af. Via een houten trap klim ik naar de top van de zandduin. Vanaf de top heb ik een mooi uitzicht over de woestijn. De zon staat al laag aan de horizon. De oranje gloed geeft een mooie kleur aan het rode woestijnzand. Ik zie mensen met sleetjes naar beneden glijden. Dat wil ik ook! Het blijkt dat je hiervoor een apart ticket nodig hebt. Die heb ik niet. De verkoop was onderaan de trap. Als ik het bedrag alsnog betaal, mag ik toch. Ik ga zitten in een laag houten bakje. Ik glijd van de helling naar beneden. Met mijn handen kan ik in het zand wat bijsturen en afremmen. Het remmen vind ik al snel overbodig. Af en toe kom ik los met mijn sleetje. Gelukkig kan ik de slee wel recht houden. Als ik scheef ga, ga ik onherroepelijk om. Veilig kom ik beneden. Jammer dat het ritje zo snel verloopt. Tijd om nog een keertje te gaan is er niet. Ik zoek mijn kameel weer op. Mijn kameel heeft nummer 374. Door dit nummer weet ik hem snel weer terug te vinden tussen alle andere kamelen. Ik stap af bij de pagode aan het halve maan meer. De pagode ligt mooi in de vallei met de ondergaande zon. 's Avonds keer ik terug naar de straat met de eetgelegenheden. Ik bestel rivierkreeftjes en slakken.