Home > Nicaragua > Van Costa Rica naar Guatemala > Reisverslag dag 11
12 oktober - 11 november 2013 (31 dagen)
Ik loop rond zeven uur de binnenplaats van hotel Con Corazon op. Het is nog rustig. De bediende legt mij in het Spaans uit dat het ontbijt pas vanaf half acht is. Of ik alvast koffie wil? Graag. Rond half acht sluiten de andere reisgenoten aan voor een uitgebreid ontbijt met fruit, yoghurt, warme broodje en zelfs pindakaas. Met een busje rijd ik naar het meer om te gaan kanoën tussen de Isletas de Granada eilanden. Voor de kust van Granada liggen talrijke kleinere eilanden. De eilanden zijn ooit ontstaan bij een vulkaanuitbarsting van de Mombacho vulkaan. Francesco is de gids vanochtend. Hij reikt mij een zwemvest aan en wijst mij een kano. Ik stap voorzichtig in en peddel tegen de redelijke golfjes in het meer op. Soms spat een golf over de boeg van mijn kano. Het komt goed van pas dat ik mijn spullen in een waterdichte hoes opgeborgen heb en in mijn zwembroek in de boot zit. Francesco gebaart mij hem te volgen richting de eilanden. Ik kom hiermee dwars op de golven.
Zorgvuldig probeer ik mijn balans te houden als de kano door de golven opgetild wordt. Zonder problemen kom ik bij de eilanden aan. Tussen de eilanden is het water rustig en vlak. Terwijl ik langs de eilanden peddel zie ik verschillende vogels in de bomen. Francesco wijst mij op de huizen van rijke Nicaraguanen. Voor veel geld zijn de eilanden te koop. Bij een smalle doorgang met veel waterplanten geeft Francesco aan mij geen zorgen te maken en vooral om niet om te slaan. Ik peddel tussen de waterplanten door. Met mijn eenpersoons kano kan ik nog redelijk manoeuvreren, maar de tweepersoonskano achter mij is te lang om de bocht door de waterplanten te nemen. De kano kan niet meer voor of achteruit. Omdat het verderop nog dichter schijnt te worden besluit Francesco om terug te keren. Als alternatief ga ik om het eiland heen. Ik zie kleine restaurantjes op de eilanden. Bij het oude fort leg ik even aan. Francesco legt uit dat dit fort vroeger dienst deed als verdediging van de stad Granada tegen de piraten vanaf het meer. Vanaf hier peddel ik over het meer weer terug naar het strand. De route terug over het meer valt mij best tegen. Het is een flink stuk peddelen. Als goedmakertje heb ik een prachtig uitzicht op de Mombacho vulkaan.
's Middags na de lunch ga ik op pad voor een wandeling over de kratermond van deze vulkaan. De Mombacho vulkaan is 1.344 meter hoog en bestaat uit vier kratermonden. In 1570 is de vulkaan uitgebarsten. De vulkaan is tegenwoordig niet meer actief en de kraters zijn geheel begroeid. Met een 4x4 jeep word ik naar de top van de vulkaan gereden. Normaliter kun je ook gebruik maken van kleine vrachtwagens, maar omdat het laagseizoen is, rijden de vrachtwagens 's middags niet. Ik heb gekozen voor een georganiseerd tour vanuit Granada. Wel zo makkelijk. Het steile pad leidt tot aan de top van de vulkaan. Het is goed dat het verkeer op het pad afgestemd wordt, want ik kan me geen voorstelling maken als je hier een tegenligger tegen zou komen. Op de top van main crater heet Gustavo mij welkom. Bij de maquette legt hij de vorm van de vulkaan uit, de oorsprong en de wandeling voor vandaag. Ik volg hem het pad langs de krater. Onderweg vertelt hij volop over de bomen en de planten. Door de hoogte van de vulkaan vormt de begroeiing hier een tropisch nevelwoud. Gustavo laat zien welke bladeren een nuttig of juist giftig effect hebben. Veel komt overeen met de uitleg in Monteverde, maar het is leuk om het nogmaals te horen. Ik betreed de main crater door een speet in de rotsen. Gustavo legt uit dat deze speet ontstaan is bij een aardbeving. De tweehonderd meter diepe krater is volledig begroeid. Hierdoor kan ik de diepe nauwelijks onderscheiden. Aan de buitenkant van de krater heb ik uitzicht over het Lago Nicaragua, Granada en het eilandengebied waar ik vanochtend gevaren heb. Een prachtig uitzicht. Ik de verte zie ik de rook uit de Masaya vulkaan komen. Een reisdoel voor morgen. Op de kraterrand bekijk ik nog een hotspring. De zwaveldamp komt tussen de bomen omhoog. Via de andere kant van de krater wandel ik weer terug naar het beginpunt. Met de jeep rijd ik terug naar mijn hotel in Granada.